Wednesday, June 12, 2013

Week 8

.

 

Hoe het ‘werkelijk’ zit, op zichzelf, los van mijn percepties en opvattingen als mens, weet ik niet. Het enige waar ik zeker van ben, is dat het bestaan er is en dat ik er onderdeel van uit maak. Wat ik van het bestaan weet is geconditioneerd door mijn organisme, door mijn kenvermogens (in meest uitgebreide zin) en door mijn omstandigheden, - de menselijke conditie (inclusief de resultaten van menselijke kenvermogens). Het is des mensen om zich af te vragen wat de levensbetekenis is van onze ervaringen met het bestaan en van de kennis die we erover opdoen, - oftewel wijsbegeerte. De vraag naar levensbetekenis is niet alleen een persoonlijke; ook op cultureel niveau manifesteert zich de vraag. Bijvoorbeeld in de vorm van beelden (de kunsten) en rituelen (religie). De vraag bevraagt het existentieel referentiekader waarin we hebben leren denken en waarderen. Met de verandering van de cultureel-maatschappelijke omstandigheden dringt zich ook de noodzaak op om het heersende referentiekader te her-denken, bij te stellen, en eventueel volledig te vernieuwen.


Ongedachte. Menselijk bewustzijn organiseert en cultiveert zich in spelvorm, een spel met regels, waarvan we gaandeweg vergeten dat het een spel was.


Belangrijker dan een wereldvisie of een referentiekader, belangrijker zelfs dan authenticiteit, is het (zich) realiseren van de ‘leegte’ van alles, vrij van een vaste betekenis.


Hoe komt dat er zoveel verschillende interpretaties van de werkelijkheid zijn? En hoe komt het dat mensen zich zo gemakkelijk voegen naar een andere duiding (bijv door over te gaan naar een ander geloof, of door überhaupt gelovig te worden)? Reden: zo’n duiding is slechts van relatief belang. De mens is mogelijkheid: we passen ons aan, in denken, zolang het geen funeste gevolgen heeft in de alledaagse realiteit, of andersom: zolang het ons voordeel brengt in het vervullen van levensfuncties (met name overleven en voortplanting).
Waarom zouden we ons wel druk maken over een bepaalde duiding van de werkelijkheid? Wanneer belangrijke aspecten onzichtbaar blijven. Wanneer we last hebben van een geest die zich iets aantrekt van de situatie in de wereld. Wanneer we onnodig leed (onrecht e.d.) willen voorkomen of verhelpen. Een duiding van de werkelijkheid is immers niet zonder gevolgen.





.

Saturday, June 8, 2013

Week 7

.




Religies kennen een aantal noties en denkpatronen die blijk geven van een opmerkelijk soort voorwaardelijkheid, met name wanneer zij als rechtvaardiging dient: als dit niet zou bestaan (een hiernamaals bijvoorbeeld, of reïncarnatie, een God, e.d.), dan zou het bestaan voor mij onbegrijpelijk, zinloos, ja onverteerbaar zijn; dus moet het bestaan. Er is zoveel onrechtvaardigheid in de wereld dat onbestraft blijft, dus moet er wel een God zijn die straft. En aangezien wij onze wereld als onvolmaakt ervaren, moet er wel ergens een volmaakte bestaan.
Er moet méér zijn omdat ik wat er is te weinig vind: voor wie is een dergelijke logica overtuigend?
Het is duidelijk dat pogingen tot verklaring tekort schieten. Maar is dat genoeg reden om te concluderen tot iets dat evenmin verklaard noch aangetoond kan worden (nl het bovennatuurlijke)?


Vervreemding van de eigen oorsprong, letterlijk in de ontheemding of door het gescheiden raken van de bron, manifesteert zich in het verlangen naar de/het onzichtbare andere. In alle monotheïsmen gebeurt deze verlegging door het cultiveren van de gedachte aan een transcendente grootheid, God.


Diep getraumatiseerd door de mensonterende verschrikkingen van het nazisme, wilde Levinas de Europese beschaving zo veranderen dat een nieuwe Holocaust onwaarschijnlijk zou worden. Het denken over menszijn moest grondig op de schop. Dit deed hij door aandacht te vragen voor de andersheid van de ander. Om te beginnen de ander in de gedaante van vreemdeling en behoeftige, maar uiteindelijk is iedereen een ander, hoe familiair of vreemd ook.
Helaas schoot Levinas hierin door. De andersheid van de ander wilde hij veilig stellen door haar een goddelijke status te geven: ‘God openbaart zich in het gelaat van de ander’. Om mee te gaan in Levinas’ poging om de Europese beschaving te ‘gronden’ in een andere mensopvatting, zul je zijn God erbij moeten nemen; zo niet, dan zullen veel van zijn denkbewegingen ontoegankelijk blijven.
Levinas had alle reden om het veronachtzamen van de ander aan de orde te stellen. Ook in de filosofie is er onevenredig veel meer aandacht uitgegaan naar het zelf dan naar de ander. Echter, het monotheïsme, dat voor de joodse ontheemde een absolute vluchtheuvel werd in levensbedreigende tijden, heeft het denken van Levinas over de mens zozeer vertekend, dat zijn opvattingen bij de lezer eerder bevreemding wekken dan dat zij ‘inleiden’ in aandacht voor de andersheid van de ander en werkelijke empathie.
De andersheid van de ander blijft onmiskenbaar een cruciaal thema voor het her-denken van menswaardigheid, en niet alleen in catastrofale tijden. Daartoe zal evenwel ook Levinas her-dacht dienen te worden. De andersheid van de ander, als noodzakelijke uitbreiding en complement van het hedendaagse denken in termen van individualiteit en authenticiteit, is te belangrijk om over te laten aan een specifieke levensovertuiging.





.

Thursday, June 6, 2013

Week 6

.




Wil ik iets anders dan authenticiteit, als leidraad in het leven? Ik zou niet weten wat. Wat er ook gebeurt, in welk levenstadium of in welke fase van persoonlijke ontwikkeling ik me ook bevind, wat me ook overkomt, en welke veranderingen ik ook doormaak, in alle situaties telt hoe ik ermee omga. En zou ik die omgangswijze anders willen dan authentiek?


Is het nog van levensbetekenis, om te zoeken naar het goddelijke, het blijvende, het onveranderlijke? Bergt dat zoeken nog een belofte van geluk in zich? Brengt het nog gelukzaligheid, zoals filosofen lange tijd dachten?


‘Alles is energie’, en met de wet van Einstein kun je dus ook zeggen: ‘alles is materie’, - afhankelijk of je het eerste te soft of het tweede te kil acht. En wat zegt het maken van dit onderscheid?


Levenliefhebbend leven: zou ik het een wezen vanuit een andere dimensie of vanuit een ander sterrenstelsel aanraden of toewensen een leven op aarde te leven, als mens? Zou ik het aanprijzen aan een ongeborene die nog van niets weet? Ben ik bereid/ in staat het aardse leven onvoorwaardelijk te beamen?


Wanneer iemand authentiek leeft, gehoor geeft aan zijn eigen waarheidsgevoel, open staat voor wat zich aandient en voor wat beschikbaar is aan ervaringen, kennis en verhalen, en zich laat drijven door de eigen passie voor waarheid, bereid om zelf te transformeren en dat te blijven doen, kan het anders dan dat zo iemand een progressieve kracht zal zijn en een hoop voor menswaardig leven?


Een cultuur die volop ruimte biedt aan authentiek leven, zal niet verstarren, maar verkeert in een proces van permanente aanpassing aan nieuwe omstandigheden.





.

Week 5, 2013

.

 

Zelfs al is het ultieme ‘bewustzijn’ voorbij elke denkinspanning (of er absoluut aan voorafgaand), zich manifesterend in pure aandacht, dan nog is een existentieel referentiekader nodig dat niet strijdig of hinderend is voor het realiseren van dat ultieme ‘bewustzijn’, en om ermee in staat te stellen alledaags te functioneren. En als het referentiekader niet adequaat is, verdient het te worden bijgesteld. Immers, ultiem ‘bewustzijn’ is niet waarmee we het leven beginnen, - althans, niet in gerealiseerde vorm. We treffen ons aan in een wereld. Een referentiekader is nodig om daarmee te dealen, hoe spiritueel we ook zijn.


Wanneer is kunst cultureel relevant? Of is deze hele kwestie irrelevant geworden? Is kunst niet meer van belang voor de vitaliteit van een cultuur, als aanpassingsstrategie in veranderende tijden?


Fascinerend: je kunt hetzelfde ‘meemaken’ en ‘het’ heel verschillend duiden, vanuit uiteenlopende referentiekaders. Wat zegt dat over ‘hetzelfde’ meemaken? En wat is dan de status van duidingen en hun referentiekaders? (En wat zegt het dat we dit kunnen denken?)


Filosofisch pastoraal? Wie zit er nog te wachten op filosofisch gesanctioneerde tips en richtlijnen voor leven en denken? Pastoraal wellicht (bijvoorbeeld in de vorm van zelfhulpboeken), maar is dat een zaak van filosofie?




.