Monday, September 24, 2012

Week 38

.





Internet is gerealiseerde metafysica: de welhaast absolute werkelijkheid van de geest. De geest die zich onafhankelijk heeft gemaakt van het lichaam, los ook van de beperkingen van ruimte en tijd. Om zich aldus een eigen wereld te creëren, alomtegenwoordig en alwetend. Het wachten is op haar almacht.


Zijnsvergetelheid? Om te beginnen, wat roept ‘zijn’ bij mij op? Een eerste associatie: er zijn, zonder voorwaarden of excuses, zonder mitsen of maren. Een diepe acceptatie van het bestaan. Als zodanig is ‘zijn’ een zaak van bewustzijn, van gewaarzijn, van een opgeruimd gemoed.


Sinds wanneer is het aan de democratische rechtstaat om het gevoel van gelovigen te verdedigen tegen belediging? Een democratische rechtstaat zou er nooit zijn gekomen zonder kwetsing van gelovigen en hun pogingen om van de staat een geloofsgemeenschap te maken.


Primaat van de beleving. De menselijke geest is ook in staat tot manoeuvres die mij een gevoel van vervreemding geven. Wanneer ik mij in een massa bevind, bijvoorbeeld, de gedachte dat ik één van de vele miljoenen ben, anoniem, onbetekenend, een exemplaar van de soort die in grote lijnen hetzelfde doet als alle andere exemplaren. Of wanneer ik wetenschappelijke teksten lees waarin menszijn wordt bestudeerd met een gedesinteresseerde, objectiverende blik; het menselijk doen en laten bekeken vanuit een volstrekt extern standpunt, alsof het mieren betreft, - ook dan kan een kilte zich van mij meester maken, een kilte met een verlammende uitwerking op mijn zin in het leven. De enige remedie tegen deze mogelijkheid van de menselijke geest is voor mij: het primaat van de beleving herstellen. Een terugkeer in mijn lijfelijk bewustzijn. Het eerste is namelijk: hoe ik wat dan ook van binnenuit beleef. Hoe ik mij tot iets of iemand verhoud vanuit mijn beleving. Zonder mijn subjectiviteit ben ik niemand, een nummer, een schakel in een eindeloze reeks. Natuurlijk weet ik dat ik een van de velen ben, dat alles wat ik doe tijdelijk en vergankelijk is, dat mijn relaties en vriendschappen passen binnen een gigantisch netwerk waarin hetzelfde zich eindeloos herhaalt, en nog meer van dit soort abstracties. Maar dat alles doet niets af aan het gegeven dat ik in al die grootheden voor mezelf vertrekpunt ben van waaruit ik leef, handel en betrekkingen aanga met anderen, en dat alleen zo het leven er voor mij toe doet. Dit primaat van de beleving komt niet in de plaats van die externe blik, maar komt ernaast, als eerste, als begin, - voor mij althans, en niet te negeren, op straffe van zelfvervreemding.


Gewoontes zijn het belangrijkste om me druk over te maken, wil ik van mijn leven een kunstwerk maken. Gewoontes in denken en handelen die zich voortzetten in vanzelfsprekendheid, terwijl hun ‘raison d’être’ reeds verleden tijd is. Hun gemak is ook hun ongeluk: zij zullen zich ongevraagd blijven herhalen. Gewoontes veranderen niet vanzelf: dat maakt dat zij een lot kunnen worden.







.

Saturday, September 15, 2012

Week 37

.




Wat betreft vrije wil is mijn vraag niet of hij bestaat, als wel waarom de hele kwestie in mijn beleving geen rol van betekenis speelt. Verder interesseert me het verschil tussen een buitenperspectief (zoals ingenomen door een wetenschapper) en een binnenperspectief (zoals ervaren door de persoon in kwestie). Voor een gedragswetenschapper mag duidelijk zijn dat een keuze vastligt, gegeven de individuele make-up (fysiologisch, psychologisch en biografisch) en de omstandigheden. Voor mij als degene die voor een keuze staat (bijv bij verkiezingen, zeker wanneer je nog zwevend bent) ligt die keuze niet vast, - althans, zo ervaar ik het niet; ook schiet ik er niets mee op om te weten dat mijn keuze uiteindelijk gedetermineerd zal blijken te zijn.
M.a.w. wat maakt het verschil tussen een eerste persoonsperspectief en een derde persoonsperspectief? Er is geen reden om het eerste voor het laatste in te ruilen, aangezien dat onmogelijk is. Hooguit kan zich het derde persoonsperspectief voegen bij het eerste. Vraag is: waarom zou ik dat doen? Wat schiet ik ermee op?
Niet het al dan niet bestaan van een vrije wil is de moeite waard om te onderzoeken, maar het bestaan van een eerste persoonsperspectief!
En voor degenen die er van houden om met een wetenschappelijke blik naar zichzelf te kijken: hoe om te gaan met die externe blik zonder te vervallen in cynisme?


Kan een prestatie van betekenis zijn in een omgeving die zich geen hogere doelen stelt?


Ingehouden leven is een zonde tegen het leven.


Is filosofie wel het juiste adres voor persoonlijke problemen? Ik twijfel er steeds meer aan. Bezig zijn met filosofie kan wel therapeutisch werken, maar is het ook eigen aan filosofiebeoefening? Is filosofie erop uit om persoonlijke problemen op te lossen? Is het niet eerder een aardig, maar niet noodzakelijk bijeffect?
Filosofie wil begrijpen. Passie voor waarheid is haar drijfveer. Wanneer er al sprake is van ‘nut’, dan lijkt het te betreffen: aanpassing van denken en bewustzijn aan (veranderde) omstandigheden op grote schaal. Wat betekent het om nu te leven, om nu mens te zijn, om nu burger te zijn van een samenleving, om nu drager of schepper te zijn van een cultuur, van een beschaving? In filosofie gaat het niet om mij als privé-persoon, maar ben ik subject van grootheden die ook voor anderen gelden. Die benadering kan mij helpen mijzelf (als privé-persoon) te begrijpen, maar dat is niet het onderwerp van filosofiebeoefening.
Door aan filosofie te doen, maak ik mij tot subject van het zoeken naar waarheid. Dat kan een therapeutische werking hebben, maar dit effect bepaalt niet de agenda van filosofie.


‘Moeten’ en ‘mogen’ zijn geen wetenschappelijke termen.


Opvoeding als oefening in levenskunst. Mijn zoontje neemt een voorbeeld aan mij, en vooral aan mijn gedrag. Dus zal ik mij moeten afvragen, telkens weer, waarin ik een voorbeeld wil zijn.





.

Saturday, September 8, 2012

Week 36

.




Eigenlijk wil ik niets anders dan zaken van levensbetekenis opnieuw doordenken en formuleren, gezien vanuit mijn situatie en in een taal die mij past. Dat hoeft niets nieuws te zijn. Een bescheiden project dus: gevolg geven aan mijn passie voor waarheid, als pad, om een bloeiend leven te leiden. Als ik in dat onderzoek stuit op een filosofie waarin ik me geheel kan vinden, prima. Ik hoef niet zonodig te scoren met een originele visie. En als ik zo’n filosofie niet vind, dan zal ik haar zelf formuleren.


Kan gewaarzijn langs filosofische weg worden voortgebracht of bevorderd?
Voortbrengen waarschijnlijk niet, omdat gewaarzijn geen vorm van denken is, maar een gebeuren voorbij denken, of eraan voorafgaand. Bevorderen misschien wel. Hoe?


Staat gewaarzijn apart van bewustzijn, of hoort het thuis in het rijtje van beleving, bewustzijn, zelfbewustzijn, kritisch bewustzijn, ironisch bewustzijn en humor? In het laatste geval zou gewaarzijn ook kunnen worden aangeduid als ‘getuigenbewustzijn’.


Ontnuchterende waarheid: een liefdesrelatie zal je nooit voor honderd procent gelukkig kunnen maken, en het is dus een dwaasheid om dat ervan te verwachten.


Van welke ontwikkeling is de menselijke geschiedenis het verhaal? Of valt er zo’n ontwikkeling niet te detecteren en is de geschiedenis niet meer dan een toevallige samenloop van omstandigheden?





.

Saturday, September 1, 2012

Week 35, 2012

.




Kopfmenschen. Het is mogelijk ook aan bewustzijn verslaafd te raken, door mateloos bezig te zijn met denken, schrijven, lezen of studie. Met als meest recente variant: sociale media en internetspellen. Wat zij gemeenschappelijk hebben, is dat we louter in het hoofd zitten, met ogen en handen als voornaamste bedienden; de rest van het lichaam blijft onbetrokken en onbewogen.


ICT is de veruiterlijking van menselijk bewustzijn. De geest, onze denktaligheid, is vlees geworden, in de vorm van computers, internet en mobiele communicatie. In gereedschap en machines veruiterlijkten we reeds tal van lichamelijke functies en vergrootten de effectiviteit en actieradius ervan. ICT is van een andere orde, omdat het niet meer louter om lichamelijke functies gaat; zij is de vertaling in een apparaat van de werkzaamheid van het brein, en met groot succes. En met een oneindig bereik: de aarde heeft er een sfeer bij, de noëtische, een wereldomspannend artificieel brein.


Is de ICT-revolutie bezig ons menszijn te veranderen? Zullen we een ander soort mens worden, onherkenbaar voor eerdere generaties? Of zal de ICT slechts de oorzaak blijken van een explosie aan mogelijkheden, niet alleen in communicatie, maar op alle mogelijke gebieden, terwijl we als mens buiten schot blijven? Moeilijk voor te stellen dat dit laatste het geval zal zijn. En wat is dan ‘menszijn’? Zeker is dat de menselijke conditie bezig is zich diepgaand te wijzigen. Onze wereld is een andere aan het worden, met gevolgen voor hoe wij ons vormen, oriënteren en organiseren. Anders gezegd: Hoezeer zal deze verandering ons dwingen tot herdefinitie van onszelf en van zaken die voor menszijn van levensbelang zijn?


Publication oblige. Openbaar maken om mezelf er maximaal mee te confronteren, zodat ik er niet omheen kan.






.